donderdag 31 december 2009

Oudejaarsmuziek

Als laatste dit jaar mag hier Brahms klinken. Luister voordat al het vuurwerkgeweld losbarst en mensen met champagne om je heen staan toch vooral nog even naar Intermezzo opus 118 no. 2, op de bank met de kachel aan, wanneer de kamer nog stil is.

Goed 2010!

woensdag 30 december 2009

Winterhout

Alom, aan de ronde zomen
van het rustig vergezicht,
aan de lage damp ontkomen,
aan de oever van het licht,
achter 't levendig gewemel
van de daken, op het goud
van de uitgespannen hemel
opgericht, is 't winterhout.

Hoog over de lege tuinen
staat het, zuiver afgerond,
met zijn vederige kruinen
op tegen de avondstond,
met zijn neergebogen takken,
met zijn twijgen, teer en sterk
en volledig, op de zwakke
weerglans in 't namiddagzwerk.

Met de roerloze verschijning
van zijn hoge statigheid,
met de zekere belijning
van zijn wasdom, uitgebreid
op de stilte, over een hoeve
rijzend of om een gehucht,
is 't aanwezig in de droeve
leegheid van de winterlucht.

Maar inwendig, in de gave
taaie vezel van zijn stam,
is 't of iets, dat lang begraven
lag, opnieuw tot uiting kwam,
of iets, dat zich had begeven,
uit zijn diepste wezen tot
de verlokking van het leven,
tot het licht naar buiten bot.

Eer zich elders iets vertonen,
eer men iets vermoeden zal
wordt het in zijn wijde kronen
donkerder en dichter al,
wordt het voller in den bleke
omtrek van zijn duisternis,
als het allereerste teken
van wat vast in aantocht is.

Jan Prins

dinsdag 29 december 2009

Berlin: Die Sinfonie der Grosstadt

Gisteren tussendoor nog net even tijd kunnen vinden om deze film uit 1927, waar ik een stukje van zag in de Lakenhal, te kunnen zien. Regisseur Walther Ruttmann week af van zijn abstracte stijl en maakte de film van zijn dromen: over het leven en de energie die een stad beheersen. Het werd een belangrijk voorbeeld van het 'city symphony'-genre in de filmwereld, waar ik ook nog niet eerder van gehoord had.

In vijf aktes wordt het leven van de Berlijners in de jaren '20 weergegeven zoals zich dat op een denkbeeldige dag afspeelt. De stad komt op gang als de machines van een fabriek: eerst zijn de straten stil en dwarrelen er wat blaadjes, dan haalt een hand een hendel over en is de stad in volle bedrijvigheid. De trein rijdt door alle aktes heen en verbindt prachtige beelden van krantendrukkerijen, kantoren en telefooncentrales. We volgen ritten gezien vanaf de voorkant van de tram, binnenvaartschepen en ook die van een houten achtbaan.

Aangezien het een stomme film betreft maakt het wel nog even uit welke soundtrack je er bij hebt, en ook bij deze zijn er meerdere: Edmund Meisel maakte de oorspronkelijke symfonische ondersteuning, maar gisteren had ik die van Timothy Brock die pas in 1993 werd geschreven. Werkte hoe dan ook uitstekend: hier het begin daarvan.

Verlanglijstjes (2)

Gisteren kreeg ik over de mail toch nog antwoord op de vraag wat een drukdoos is. Het is zelfs iets moois:

"Een drukdoos is -- waarschijnlijk -- een stempelset met inktkussen, waarmee je drukkertje kunt spelen. In kleine compartimenten van de grote doos zitten stempels voor alle letters van het alfabet. Meestal krijg je de letters in twee formaten: groot en klein. De kleine lettertjes kun je in een rekje zetten, dat even groot is als het inktkussen, en er ongeveer een alinea mee drukken. De grote letters kun je aan een richeltje klikken en er een mooie rechte kop mee boven zetten. Een antiquarisch speelgoed dat je ouders misschien nog wel kennen. Aangezien ook mijn oma een dergelijke stempelset had staan om de kleinkinderen te vermaken, heb ik hiermee in mijn jeugd menig genoeglijk uurtje beleefd."

maandag 28 december 2009

Verlanglijstjes

Nooit te lang hierover doorgaan aangezien het eigenlijk alleen de liefhebber echt iets doet, maar toch nog iets over de Avonden.

Vandaag las Frits opnieuw een verlanglijstje dat hij als kind voor Sinterklaas maakte. Hij vroeg: 'Een proppenschieter; een ding om in de lucht te laten brommen, dat omhoog gaat; een echte zaag (geen kinderzaag); allerlei lekkers en een boek als dat van Frans, over de zwarte beren'.

Een paar jaar terug vond ik online een lijstje dat Reve zelf ooit maakte voor de Sint, samen met een verlanglijstje voor zijn verjaardag ('Het 10-jarig bestaan van ik'). Grappig om te zien hoe het Sintlijstje terugkomt in de wintervertelling: de zaag was blijkbaar ook door Frits erg gewenst, het geweer is een proppenschieter geworden, en ook het marsepeinen varkentje en het mooie boek zijn gebleven. Alleen de cactusstekjes en de vierkante zaklantaarn zijn veranderd in het bromding voor in de lucht ('Een bepaald speelgoed, een vierbladig blikken propellertje, dat men door bewegingen van twee vingers en de duim, van een spil kan laten opstijgen. Goed beschreven.').

Merkwaardige verjaardagswensen, althans de formulering ervan. Typisch Reve, maar toch. Welk kind vraagt er nou een 'feest waarop door mij 1 gast gevraagd mag worden'? En wat (doorgekrast) is een 'drukdoos'?

zondag 27 december 2009

Voor in het woordenboek

Jachthobo - Gebogen, vroege vorm van de hobo die veel bij de jacht werd gebruikt. Veranderde later in de althobo.

Althobo - Latere vorm van de jachthobo, nu niet meer gebogen maar met een klankkamer op het einde. Wordt ook wel 'cor anglais' of 'Engelse hoorn' genoemd. Een verkeerde verklaring voor deze naam is dat het een foutieve schrijfwijze van 'corps anglé' ('gebogen lichaam') is. 'Anglé' is namelijk geen Frans. De juiste verklaring zou zijn dat het instrument leek op de koperen blaasinstrumenten die op schilderijen door engelen werden bespeeld. 'Engellisches Horn' zou geïnterpreteerd zijn als 'Engelse hoorn' in plaats van 'De hoorn van engelen'.

Engelse hoorn - Naam voor een instrument dat niet een hoorn is en ook niet Engels. Zie Althobo.

zaterdag 26 december 2009

Violist versus dictator

Op 23 januari 1991 zou violist Isaac Stern het Derde Vioolconcert van Mozart uitvoeren in Jeruzalem. De Golfoorlog was bezig en men was zich er terdege van bewust dat een Scud-raketaanval van Saddam Hoessein dreigde. De repetities van het concert vonden plaats onder grote voorzichtigheid en voor de uitvoering had iedereen in het publiek een gasmasker onder de stoel liggen.

Tijdens het concert ging het luchtalarm af. Het orkest vluchtte, het publiek voorzag zichzelf van een masker. De violist trotseerde daarentegen de vermoede Irakese aanval en deed niets van dit alles. Het concert ging voor hem niet verstoord worden en hij zette een Sarabande van Bach in.

Het duurde even, maar ik heb dit fragment gisteren eindelijk gevonden. Hier is het in redelijke kwaliteit te bekijken - opnieuw maar weer hopen dat ze het laten staan. In alle eerlijkheid valt dan toch op dat er nog best wat mensen in het publiek zitten die ook niets doen - maar dat kan en moet misschien alleen maar gerust stellen.

vrijdag 25 december 2009

De Europese Toren van Babel

Onder de gebouwen van het Europese Parlement in Straatsburg bevindt zich een 60 meter hoge toren die een treffende moderne gelijkenis vertoont met de Toren van Babel, althans zoals die door Pieter Bruegel de Oude in 1563 werd geschilderd. Die verklaring voor de vorm van de toren zou niet de juiste zijn: zowel de EU-toren als die van Bruegel zouden geïnspireerd zijn door het Colosseum. Toch wil ik dan opmerken: maar dan wel door een kapotgegaan Colosseum, dus daar wordt het ontwerp van het parlementsgebouw niet optimistischer van insteek van dan wanneer het gebaseerd zou zijn op de Bijbelse toren. Als je de gevolgen van een Babelvloek zou willen aanwijzen kan dat overigens prima: er heeft zich al meerdere malen een serieuze constructiefout of onhandigheid in ontwerp aangediend. Zo stortte er vorig jaar op mijn verjaardag een deel van het plafond van de plenaire vergaderzaal in en heeft het gebouw tevens een erg verwarrende interne structuur: bruggen over schachten leiden niet naar het zelfde niveau zodat het lastig is te voorspellen waar je uitkomt. Liften zijn notoir onbetrouwbaar, waardoor mensen liever meerdere verdiepingen met de trap gaan in plaats van te riskeren vast te komen zitten.

Niemand is perfect, grappig is het wel. Andere symboliek van het gebouw zou overigens te vinden zijn in het feit dat de oriëntatie van de toren richting het oosten is: tijdens de constructie was nog geen Oost-Europees land tot de Europese Unie toegetreden. Goed, dat deel van de al dan niet Bijbelse wens tot vereniging is dan in ieder geval uitgekomen.

donderdag 24 december 2009

Solliciteren

Nog nooit zo tergend opgegeten
als tijdens dit gesprek
door een driedelige gedaste bidsprinkhaan.

Woorden stuiten op tafel, knikkers vallen
op een glasplaat. Hij neemt slokken
van mijn levensloop en boert onaangedaan.

Hij rolt mij in. Hij steekt mij aan
en rookt mij op. Dan mag ik gaan.

Later belt men mijn stoffelijk overschot.
Ik heb de baan.

Ingmar Heytze

De Borodinreactie

Klinkt als de titel van de nieuwste Dan Brown, maar geen nood: het is daadwerkelijk een ontdekking van Alexander Borodin, de componist van o.a. de Polovetser Dansen die ook bekend zijn in de (met excuus) Sarah Brightman-kokhalsversie 'Stranger in Paradise'. Ook hij was lid van de componistengroep Het Machtige Hoopje, en net als de meeste anderen van die groep verdiende hij niet zijn brood met de muziek, maar met wat anders. Scheikunde was zijn vak: als kind maakte hij ook al zelf vuurwerk en batterijen. Tijdens zijn studie kreeg hij les van onder andere Dmitri Mendeleev, de bedenker van het periodiek systeem der elementen. Als professor was hij een geestige en ook aardige man, die al z'n vrije tijd aan muziek wilde besteden, maar, naast door z'n vak, daarin werd belemmerd door een uitbundige liefdadigheid tot uitdrukking te willen brengen: het kwam geregeld voor dat hij thuis onderdak bood aan minder bedeelden.

Onder de meerdere reacties die hij ontdekte was er eentje die door toedoen van de Sovjets nu nog steeds als de Borodinreactie bekend staat, al wordt hij vaker aan een meneer Hunsdiecker toegeschreven. Het beschrijft (en ook deze kennis zou toch ergens een keer van pas moeten komen) een organische reactie waarbij zilverzouten van carbonzuren met halogenen reageren om haliden te produceren [1]. Nou, daar hoef ik niets meer aan toe te voegen. Sterker nog, dat lukt me niet eens.

[1] Borodin, A., "Über Bromvaleriansäure und Brombuttersäure", Justus Liebigs Annalen der Chemie (1861), Volume 119 Issue 1, pp. 121 - 123.

Slaolie

Dan gaan we het nu eens gezellig hebben over kunst voor de industrie. De Nederlandse Oliefabriek werd in 1883 opgericht in Delft en in 1897 zou dat bedrijf fuseren met de fabriek van de Franse gebroeders Calvé, tot de pindakaasreus die we nu onder die naam kennen. Een beroemde reclameposter voor een ander product van de vroege Oliefabriek, Delftsche Slaolie, verscheen in 1894, toen men Jan Toorop (vader van Charley over wie ik eerder schreef) had verzocht een ontwerp te maken (bovenste afbeelding). Dat werd het beroemdste voorbeeld van Jugendstil in Nederland, die dan ook onder de naam 'Slaoliestijl' bekend werd. Let op de verzameling pinda's in het vlak linksboven en de bak sla waar de vrouw onderaan mee bezig is.

Alles goed en wel, maar nu kwam ik er bij de Van Doesburg-tentoonstelling achter dat ook mede-Stijloprichter Bart van der Leck in 1919 de reclameposter voor Calvé mocht maken. Hij was echter minder succesvol: het liep voor hem zo af dat zijn affiche niet werd gepubliceerd. Hoe dan ook moet je de Oliefabriek/Calvé nageven dat ze het achteraf gezien leuk bekeken hebben met de mensen die ze voor hun ontwerpen in dienst namen: het zijn toch twee grote namen meer dan het gemiddelde andere bedrijf. Niet elitair doen: ik ken Van der Leck ook pas sinds dit jaar, maar dat doet niets af aan zijn bekendheid binnen de kunstwereld.

Kunnen we niet ergens een tentoonstelling maken waarin we laten zien hoe artistiek andere bedrijven waren in dezelfde tijd? Dan maken we gewoon een verzameling van reclameplaten van Calvé, Droste, De Ruyter, Betuwejam en Douwe Egberts. Subsidie is niet nodig: de gehele expositie zal immers worden gesponsord door Calvé, Droste, De Ruyter, Betuwejam en Douwe Egberts. Met bij entree een gratis kopje koffie of chocolademelk. Of slaolie, natuurlijk.

woensdag 23 december 2009

Vijf weken bij Dickens

In 1847 vond op een soiree in Londen de ontmoeting plaats tussen Charles Dickens en Hans Christian Andersen, die net zijn eerste sprookjes had geschreven na met serieuze verhalen zijn literaire start te hebben gemaakt. De vriendschap was vrijwel instantaan: Dickens was onder de indruk van De Kleine Zeemeermin en De Nieuwe Kleren van de Keizer, Andersen was dolblij dat hij kennis had kunnen maken met de schrijver van Oliver Twist en ze deelden nog heel wat levenservaringen ook. Het liep zo dat Dickens aan de Ander voorstelde dat hij de laatste nacht dat hij in Engeland was bij hem logeerde, waar de sprookjesschrijver met het grootste genoegen op inging. Toen in de periode daarna een langdurige briefwisseling plaatsvond en Dickens in de zomer van 1857 net een nieuw huis gekocht had in Rochester, werd de ontmoeting herhaald.

En dát samenzijn liep verkeerd af. Andersen was namelijk gewend een huisgast te zijn en bezat nooit een huis van zichzelf. Zijn bezoek aan de Engelse schrijver was gepland om veertien dagen te duren, maar hij ging maar niet weg en het liep uit op vijf onverdraaglijke weken voor huize Dickens. Hij sprak slecht Engels, stelde de hele tijd eisen, waaronder de twijfelachtige dat hij elke ochtend geschoren werd door een van de jongens uit de 10 (!) kinderen die het gezin telde (hij zou op zowel vrouwen als jongens zijn gevallen) en hij pikte subtiele hints van zijn gastheer door zijn sociale ongevoeligheid simpelweg niet op. Wat hem betrof bevond hij zich in het paradijs, zo dicht bij zijn geliefde schrijver. Dickens zelf had het echter heel druk en was nauwelijks thuis, waardoor Mrs. Dickens de Deen te verduren kreeg. Zij zou hem gaan omschrijven als 'the bony bore'.

En dan, de druppel. Nadat Andersen eindelijk was opgehoepeld publiceerde hij tegen de wens van de Engelse familie in ook nog een verslag van zijn verblijf, waarin hij zeer te spreken was over de vrouw des huizes. Pijnlijk en een bron van roddels, aangezien Dickens net gescheiden was. Dickens en Andersen zagen elkaar nooit meer. Brieven uit Denemarken werden vanuit Engeland beantwoord - als dat al überhaupt gebeurde - in ijskoude en zeer terughoudende bewoordingen.

Fluit, altviool en harp

Onder de allerlaatste werken die Claude Debussy componeerde bevindt zich een drietal composities die samen het begin vormen van een serie van zes kamermuzieksonates, geschreven voor verschillende instrumenten. Debussy kwam te overlijden voordat hij de serie afkreeg (zijn begrafenis vond plaats tijdens het bombardement van Parijs in de Eerste Wereldoorlog: de kogels vlogen langs de kist). Twee van de werken die al wel gereedgekomen waren schreef hij voor cello en viool, maar het derde werk week duidelijk af van de traditie en was bedoeld voor de zeer ongebruikelijke instrumentencombinatie van fluit, altviool en harp. Het opmerkelijke is dat tot op het moment dat de sonate in 1915 verscheen er nog geen enkel werk bestond voor deze instrumenten gezamenlijk, terwijl de relatief jonge harp (althans jong in de vorm zoals we hem nu kennen) toch ook alweer een eeuw oud was. Door het werk van Debussy raakte de muziekwereld echter ineens enthousiast over de klank die de combinatie kon voortbrengen en verschenen er ineens werken (onder andere van Milhaud) die de drie instrumenten doelbewust bij elkaar plaatsten. Het kwam allemaal niet enorm hard op gang - de meeste grote componisten deden er nog steeds niets mee en het grootste deel van het oeuvre ontstond pas in de tweede helft van de 20e eeuw - maar hoe dan ook vind ik het echt fascinerend dat dit soort ontdekkingen zo laat nog mogelijk was.

Debussy wist overigens niet goed het gevoel van zijn sonate aan te geven. Hij noemde het werk "vreselijk droevig" maar voegde tegelijkertijd toe dat hij niet wist of de muziek nu aanzette tot lachen of huilen. "Misschien allebei?"

Hier het magische eerste deel.

dinsdag 22 december 2009

Kaas

Niet makkelijk te vinden op DVD - misschien omdat het een tv-film is - maar de moeite waard om te zien als je de kans hebt: de verfilming voor de NPS van Willem Elsschots briljante novelle Kaas, door Orlow Seunke. Met Josse de Pauw ideaal gecast als hoofdpersoon Frans Laarmans, die na zijn ontmoeting met meneer Van Schoonbeke de kans krijgt zijn saaie kantoorbaan bij de scheepstimmerwerven in te ruilen voor een bestaan als handelaar in volvette Edammer ("En dat marcheert altijd, want eten moeten de mensen toch").

Hij gaat vol goede moed van start en steekt ruimschoots energie in het inrichten van zijn kantoor en het bedenken van een geschikte bedrijfsnaam (uiteindelijk komt hij met het onwelluidende 'Gafpa': General Antwerp Feeding Products Association), maar blijkt over totaal geen zakeninstinct te beschikken en gedraagt zich overal veel te meegaand. Het kaasschip komt tot zinken en hij realiseert zich dat hij gelukkig is met wat hij heeft ("Brave, beste kinderen. Lieve, lieve vrouw.").

Misschien komt de stijl van Elsschot in de film net niet helemaal tot zijn recht (zo zijn er een paar speelse getekende animaties gemonteerd in de live action beelden en is er tegen het einde nota bene een bijna surrealistisch intermezzo), maar met de dialogen precies zo opgenomen zoals ze in het boek voorkomen werkt het alles bij elkaar wel heel goed. Als je 'm wilt zien en nergens kunt vinden: ik heb hem liggen, dus laat het me weten.

De Avonden 2009

"Twee elementen zijn het, die Van het Reve glansrijk hebben behoed voor een afglijden in grauwe alledaagsheid: zijn bevrijdende humor, die, van een zeer persoonlijk cachet, vooral op de lange baan werkzaam is (de eindeloos herhaalde gesprekken over kaalhoofdigheid b.v., maar er zouden fijnere voorbeelden te geven zijn), en de religieuze apotheose aan het slot, waar Frits van Egters, als niets dan meer helpen wil, God uitnodigt om met een zeker zakelijk en ironisch doorlicht erbarmen op zijn ouders neer te zien. Van dit zeldzaam navrante slot, dat de hele roman draagt, is geen denkbeeld te geven, men moet het gelezen hebben. Mét het slot van La Nausée van Jean-Paul Sartre en dat van A Glastonbury Romance van John Cowper Powys behoort het tot het aangrijpendste wat mij in de letteren ooit onder de ogen kwam." - Simon Vestdijk

Vanaf vandaag weer lezen, net als vorig jaar: elke dag een hoofdstuk uit De Avonden, tot en met Oud en Nieuw. Hoe dat combineert met Dostojevski's Misdaad en Straf zullen we moeten afwachten.

Onrust

Dichter die uw laatste vragen
Stellen zult wanneer gij sterft,
Antwoord zonder zelfbehagen
Welk een leed uw geest doorkerft

Dat gij nooit tevree kunt zwijgen -
Of ge uit iedre schemering
Bleke maan van angst ziet stijgen
Die uw mond tot klachten dwing'.

"Bleke maan niet, maar het weten
Dat mij, reizende in de nacht,
's Morgens weer een ongeweten,
Grijs of kleurig, landschap wacht,

Maakt mij angstig niet, maar rustloos,
Daar mijn droom vooruit wou zien
En nu raadselblind en lustloos
Mat wordt van 't herhaald misschien.

De ochtend komt: de klare stralen
Leevren mij het ware beeld,
Eindlijk kan ik ademhalen
Heel de dag tot d'avond geelt."

Albert Verwey

maandag 21 december 2009

Na de hypnose

Nu is het wel weer eens goed om iets over Rachmaninoff te vertellen.

Een verhaal dat ik vaak aanhaal, maar te mooi om hier te laten ontbreken. In 1897 verliep de première van zijn Eerste Symfonie dermate dramatisch (onder leiding van een dronken en toch al matige dirigent Alexander Glazounov, foto rechtsonder) en werd het stuk aan de hand van zo'n duivelse metafoor gerecenseerd, dat het een mokerslag betekende voor de carrière van de 24-jarige componist. Hij raakte in een depressie en kreeg met zo'n heftige writer's block te maken dat er werkelijk niets meer van muziek schrijven terecht kwam. De redding kwam toen hij zich wendde tot dr. Nikolaj Dahl (foto linksonder), die goede resultaten had behaald met hypnosebehandelingen. Na een aantal sessies in de stoel - daar willen we trouwens graag nog wat filmpjes en foto's van, alstublieft - was hij genezen en wijdde hij het daaruit volgende en zijn reputatie volledig herstellende Tweede Pianoconcert aan zijn arts.

Tot zover wat ik wist. Wat me nog niet zo helder voor de geest stond was dat hij in dezelfde tijd zijn Suite no. 2 voor twee piano's componeerde en dat dus ook dat werk het directe resultaat van de hypnose lijkt te zijn. Het bestaat uit vier delen, waarvan het laatste deel (Tarantella) het meest wordt uitgevoerd. Jammergenoeg zie ik echter de suite in z'n geheel niet zo vaak voorbij komen op de concertprogramma's, en dat terwijl het wat mij betreft tot de beste werken behoort die hij ooit schreef. De première werd gespeeld door de componist met de nu-net-geen-beroemdheid-meer Alexander Siloti in 1901, maar de beroemdste en indrukwekkendste uitvoering die hij gaf was vlak voor zijn dood op 69-jarige leeftijd: met zijn grote vriend Vladimir Horowitz op een feest in Los Angeles.

Hier de eerste twee delen die wat mij betreft evenveel aandacht verdienen als het laatste.

Van Doesburg en de Internationale Avant-Garde

Twee keer vandaag iets over Van Doesburg. Een tijdje terug bezochten we museum de Lakenhal, waar de tentoonstelling 'Van Doesburg en de Internationale Avant-Garde' liep, in samenwerking met Tate Modern in Londen. Nog tot 3 januari te zien, dus loop er nog even binnen als je de kans hebt: een mooi overzicht met veel werk uit Van Doesburgs kunstleven, samen met dat van zijn bevriende en waarschijnlijk daarna minder bevriende kunstenaars (hij maakte volgens mij wel echt héél vaak ruzie, en over belangwekkende zaken: zoals met Mondriaan over de diagonaal).

Waar we echter opnieuw tegenaan liepen was dat je van dit soort exposities weliswaar in grote lijnen leert wat er geprobeerd is, maar dat als je onvoldoende voorkennis hebt het per werk, of zelfs in groepen werken, nooit echt helemaal duidelijk wordt wat er achter schuilt of wat het effect zou moeten zijn. Van Doesburg zocht in het begin, leerden we, onder andere naar een synthese van architectuur en beeldende kunst, maar hoe wordt dat duidelijk en wat bedoelde hij met z'n verder gevorderde werken?

Gelukkig was er nog wel iets dat zich oneerbiedig aandiende: wees het er mee oneens, maar wat ons betreft werkte zijn werk eigenlijk nog het beste op de achtergrond. Een voorbeeld daarvan was Van Doesburgs inrichting voor de dancing / filmzaal in de Aubette in Straatsburg - die overigens destijds door een behoudend publiek werd afgekraakt en direct werd opgeleukt met kunstbloemen en sfeerlampjes.

Vierkant in Vierkant

Hoewel ik blij was met de komst van de abstracte fontein die tegenwoordig voor Leiden Centraal staat opgesteld en ik er elke dag met plezier langsfietste, duurde het toch weer onverklaarbaar lang voor ik de bordjes eens ging lezen die er bijhoren. Nu ben ik er achter dat de bedoeling eigenlijk was dat hij in Friesland kwam te staan.

Het heet Vierkant in Vierkant en is een ontwerp van Theo van Doesburg (oprichter van het blad De Stijl, waar ook Mondriaan een tijd bij hoorde), als inzending voor een ontwerpwedstrijd voor een fonteinmonument bij station Leeuwarden, in 1917. Hij werkte hiervoor samen met architect en mede-Stijler Jan Wils, die het plein eromheen ontwierp en met wie hij al eerder een paar keer had samengewerkt. Ze wonnen de tweede prijs en dus werd het niet gebouwd. Met het ontwerp van de eerste prijswinnaar werd evenmin iets gedaan. Friese VVV-humor.

Maar nu heeft stichting Vierkant in Vierkant na 12 jaar ploeteren het voor elkaar gekregen dat Van Doesburgs ontwerp gerealiseerd is in de stad waar De Stijl werd opgericht. Een replica althans: een definitieve uitvoering in wit beton (destijds een hip nieuw materiaal) zal nog moeten volgen.

(De replica is overigens ook al een keer met graffiti beklad geweest en weer schoongemaakt. Misschien dat de uiteindelijke betonversie dat laagje moet meekrijgen waardoor spuitverf makkelijk van het materiaal verwijderd kan worden. Daar las ik in Berlijn over: ze hebben dat ook aangebracht op het daar aanwezige holocaustmonument, waarbij men achterhaalde dat het geproduceerd werd door het bedrijf dat mede-eigenaar was van de fabriek die het nazi-gas Zyklon B produceerde.)

zaterdag 19 december 2009

Fluiten op stukken groente

Ocarina's vormen een groep blaasinstrumenten waarbij het nu eens voor de toon niet uitmaakt hoe lang het instrument is. In plaats daarvan is het de verhouding tussen het oppervlak van de nog geopende gaatjes en het volume van het instrument die bepaalt wat voor toon er geproduceerd wordt. Ze komen uit Midden-Amerika en China, maar de moderne variant is van Giuseppe Donati. Meestal zijn ze eivormig.

Maar dat hoeft dus niet per se. Je kunt op basis van dit akoestisch principe van een willekeurig uitgehold voorwerp een ocarina maken. Zoals een vrolijke man die ik op YouTube vond bijvoorbeeld gedaan heeft met een broccoli. Ach, en als je toch bezig bent, waarom dan niet gelijk verder met de paprikakomkommertrompet, wortelpanfluit of de rammenasschuiffluit? Natuurlijk, zo komen we de kerstvakantie wel door.

Literaire ontmoetingen

Literatuurcriticus H.A. Gomperts en documentairemaker Hans Keller maakten in 1963 voor de AVRO de documentairereeks Literaire Ontmoetingen, waarin ze gerenommeerde schrijvers interviewden. Ik hoorde dat afgelopen oktober een set van twee DVD's verscheen met deze interviews: 6 uur zwart-wit-televisie met wat mij fantastisch materiaal lijkt, waarbij met name de cameravoering haar tijd ver vooruit moet zijn geweest. Het gaat om gesprekken met onder andere Willem Elsschot en Hugo Claus, maar ook met een jonge Gerard Reve en, wiens rollende r ik zelf nog nooit had gehoord, Simon Vestdijk! Dat moet ik dus snel in huis zien te krijgen. Op deze site is de DVD-set te bestellen, waar ook een filmpje te vinden is met fragmenten van de belangrijkste schrijvers.

(Ook op de DVD's te vinden is een destijds geschrapt interview met Remco Campert. Geschrapt, want wat wil je ook: die vlegel droeg op tv een gedicht voor waarin de zinsnede 'alles zoop en naaide' voorkwam. Nee, dat kan natuurlijk helemáál niet.)

Lars-Erik Larsson

Vorige week vernam ik voor de eerste keer eens iets van een componist uit Zweden. Dat mocht wel eens: Noorwegen heeft Grieg, Finland Sibelius en Denemarken Carl Nielsen (al wordt van die laatste eigenlijk ook al jammergenoeg nauwelijks meer iets uitgevoerd), maar van een Lars-Erik Larsson (1908 - 1986) had ik nog niet eerder gehoord. Net als bij Nielsen is hij echter in eigen land extreem populair en kent in het buitenland nauwelijks iemand hem. Larsson studeerde bij Alban Berg in Oostenrijk en componeerde in neo-romantische stijl, maar hij was ook de eerste Zweed die seriële muziek schreef.

Bijna onherroepelijk stuit je bij dit soort componisten op onbekende juweeltjes: ik was aanwezig bij een concert in de Nieuwe Kerk in Den Haag, waar ze op prachtige wijze Förklädd Gud (Vermomde God) uitvoerden, een cantate-achtig werk dat de Zweedse televisie elk jaar wel een keer rond de jaarwisseling uitzendt. Een werk voor orkest, koor, solisten en een verteller die de Zweedse tekst declameert, over de god Apollo die gedoemd is een jaar op aarde te verblijven, in de gedaante van een boerenknecht in Thessalië. Ander interessant werk van hem is onder andere een concert voor trombone, dat ik ook nog niet eerder wist te vinden.

Wanneer krijgt Nederland nu eens een populaire componist waar we wijsjes van kennen die we desnoods kunnen meefluiten? Wie noemt mij 1 onsterfelijke melodie van Sweelinck, Johannes Verhulst of desnoods Ten Holt of Andriessen? Oh wacht, we hebben altijd nog de Piet Hein-rapsodie van Van Anrooy. Hè, gelukkig.

dinsdag 15 december 2009

Eilanden

In mijn boek met sprookjes stond een plaatje:
Jij en ik op 'n toren bij een strand.
Kom weer in de wind staan, en ik laat je
kijken langs mijn uitgestrekte hand.

Waar de golven naar de verte rollen
en verdampen, zie je in een waas
eilanden van zaligheid, als bolle
violette broden voor de Paas.

Want gevleugelde persoonlijkheden
hebben ze van extra lekker zand
met hun gouden vingers zitten kneden
en gebakken op de hemelrand.

Daar moet al het moois zijn dat we zoeken,
en daarheen vertrokken wij alras,
als het niet zo sneu van onze boeken,
onze hond en onze liefde was.

Vladimir Nabokov
Vertaling: Anne Stoffel

The World (2)

Kijk eens aan!

Google Earth vertelt ons dat er verandering is gekomen in The World. Deze foto is van afgelopen 15 augustus. Ik las eerder ook dat het geld voor het project op is in verband met de kredietcrisis, dus we zullen zien of dit zo blijft. Ik zie in ieder geval rechtsboven nog slechts wat een haarlijn lijkt in vergelijking met een echte golfbreker, dus misschien sleurt de Perzische Golf het hele project wel gewoon mee in de tussentijd. Mogen ze weer opnieuw beginnen.

maandag 14 december 2009

The Big Sleep

Ooit speelde ik op de PC een interactieve detectivefilm opnieuw en opnieuw en opnieuw. Langzaam ontdekte ik alle grote Private Eye-invloeden: Blade Runner, The Maltese Falcon en The Big Sleep waren de belangrijkste. In Chicago kocht ik het boek van de laatste, om iets te doen met de kennis dat schrijver Raymond Chandler geboren was in de stad waar ik rondliep. Onlangs kunnen lezen en direct daarna de film kunnen zien, met de geweldige Humphrey Bogart als de hardboiled gleufhoed-en-regenjas-detective Philip Marlowe.

Dat leek niet helemaal eerlijk aangezien ik de film al twee keer eerder zag. Toch gaf het niet, want al kon ik prima zeggen wie er aan het einde werd neergeknald, de plot van dit schoolvoorbeeld van de film noir ontging me volledig. 't Ligt blijkbaar niet helemaal aan mij: het boek levert van zichzelf al een complex verhaal over meerdere moorden in een chantagezaak rond de twee dochters van een rijk officier, maar de film bracht al helemaal het publiek in verwarring. Dat de chemie tussen Bogart en de speelster van de andere hoofdrol (Lauren Bacall) zo goed was zorgde er namelijk voor dat zij er in praktisch elke scène werd bijgeschreven, ook als het volstrekt onlogisch was dat ze in de betreffende situatie aanwezig was.

Maar geen nood: we kregen hierdoor immers de twee wel lekker vaak op het scherm en hun vinnige dialogen, ook al alomtegenwoordig in het boek ("Wittier, please, Marlowe, much wittier") maken alles goed. Met alleen de film te kijken had ik daarentegen naast de plot ook de prachtige eerste-persoonsopmerkingen van Marlowe gemist ("I woke up with a motorman's glove in my mouth") dus het lijkt dit keer eigenlijk, voor de verandering, eens werkelijk de moeite waard om het niet alleen bij boek of film te laten. Maar als je me vraagt wie de chauffeur vermoord heeft, dan weet ik dat nog steeds niet. Chandler zelf ook niet, trouwens. De filmmakers vroegen het hem nog.

zondag 6 december 2009

The World

Ik blijf het echt prachtig vinden wat er in Dubai allemaal aan architectuur bij komt. Mensen hebben er veel te veel geld en leven zich uit in de meest fantasievolle projecten.

Wie me kent weet dat ik het er nogal eens over heb, maar toch vandaag nog een keer. The World: het grootste baggerproject ter wereld dat een groep kunstmatige eilanden behelst in de vorm van de wereldkaart. Met genoeg geld kun je een eigen eilandje (met de naam van het ruwweg corresponderende land) kopen en voorzien van je huis met bijbehorende haven. Gelegen naast het eiland in de vorm van een palmboom, dat eigenlijk vrij netjes is aangelegd.

Dat laatste merk ik toch even op aangezien we op Google Earth zien dat The World er nou toch niet écht florissant bijligt. Kijk:


Ja zeg, willen we dit éven een beetje netter doen alstublieft? Goed, de satellietfoto is van 2006 en er zijn duidelijk nog baggerschepen bezig, maar toch: op de site laten ze nu zien dat dit de bedoeling zou moeten zijn. Ik keek er eerder: toen zag de beoogde vorm er een stuk idyllischer uit. Als we linksboven inzoomen zien we dat ze blijkbaar ook al bezig zijn met het bouwen van huisjes. Leuk: volwassen kinderen aan het werk. Misschien moeten we daarom hier maar eens een categorie Lol in Dubai starten.

Ollekebolleke

Gisteren schreef ik namens de Sint een gedicht in 6 ollekebollekes, een van oorsprong Amerikaanse versvorm uit de jaren '50, waarvan in het Nederlands met name door Drs. P. gebruik gemaakt is. Ik heb het idee dat je ze niet heel vaak ziet en dat zou prima kunnen komen door de eisen die eraan worden gesteld. Mijn pogingen beantwoordden alleen aan die voor het metrum en niet aan wat de inhoud betreft, maar als je het echt goed doet wordt het zoals in het voorbeeld van Drs. P.:

Dactylus! Dactylus!
Olleke bolleke
Tweemaal vier regels
Die rijmen aan 't slot

Kreet, naam en één woord met
Zeslettergrepigheid
Moeilijk te maken, maar
Wat een genot!

Valt inderdaad nog niet mee om het goed te doen (er zijn ook eisen voor wanneer een zin in opeenvolgende regels mag doorlopen en wanneer niet), maar hier hebben ze flink huisgehouden en staan genoeg voorbeelden. Een van de mooiere voorbeelden waarin ook de klemtooneis grappig duidelijk wordt vond ik in:

Vlinder- en kindervriend
Vladimir Nabokov...
Lezer uw uitspraak doet
Pijn aan mijn oor.

Volgens de Russische
Intelligentsia
Moet het Vladimir
Nabokov zijn hoor!

Nu kwam ik er achter dat Drs. P. ook zo ver is gegaan om de Odyssee (!) te herschrijven in ollekebollekes. Moeilijk te vinden online (ik kan hem althans nergens bestellen), dus dat wordt afwachten en per ongeluk vinden.

(Overigens vertelde ex-Dichter des Vaderlands Driek van Wissen een keer dat hij met bevriend dichter Jean-Pierre Rawie en Drs. P. een keer een avond lang alleen in ollekebollekes had gepraat. Op den duur heet het virtuoos.)

vrijdag 4 december 2009

Schaakpiano (2)

Gisteren kwam ik er achter en nu moet ik toch een nuancering aanbrengen. Ik had het eerder over de schaakpiano van Guido van der Werve. Dat sloot ik af met 'John Cage, eat your heart out', niets vermoedend van het volgende.

Hij heeft het gedaan! Cage raakte bevriend met Marcel Duchamp, bekend van onder andere 'Fountain', de pispot met de handtekening van een onbekende R. Mutt erop. Duchamp was een zeer fanatiek schaker (vrienden spraken erover dat hij zijn schaakpartij nodig had zoals een baby de fles) en was door zijn dagelijkse training en zijn studies van de partijen van schaakmeesters op een semi-professioneel niveau geraakt. Klassieke openingen waren niet aan hem besteed: hij probeerde zichzelf zo weinig mogelijk te herhalen.

In 1968, toen Duchamp aan het einde van zijn leven was, speelden de twee een schaakpartij die onderdeel was van een performance van Cage, genaamd 'Reunion'. Hierbij fungeerde een elektronisch geprepareerd schaakbord als mengpaneel voor de elektronische input die geleverd werd door verschillende musici (vandaar 'reunie'). Bij elke zet werd het kanaal van een artiest aan- of uitgezet. Ze speelden totdat de musici een voor een waren weggegaan. Cage won.

Dat gebeurde overigens niet vaak: Cage, die het spel pas een tijdje daarvoor van Duchamp had geleerd, speelde heel slecht. Duchamp vroeg hem ook veelvuldig of hij ooit wel eens speelde om te winnen. Dat was niet zo. Waarom zou je ook moeten winnen, als Zen-Boeddhist?

Foto boven: v.l.n.r. Cage, Duchamp en diens vrouw Teeny (Alexina); onder: omgekeerde volgorde.

donderdag 3 december 2009

Tilted Twister

Het gaat steeds verder.

Lego Technic is voor sukkels. Lego Mindstorms NXT, dat is het spul dat je moet hebben. Met robotica-apparatuur: sensoren die onder andere gevoelig zijn voor licht en temperatuur en een klein, zelf programmeerbaar computertje.

Daar komt dit van. Allemaal wel leuk en aardig, zo'n Rubiks Kubus, maar je kunt je tijd eigenlijk natuurlijk veel beter besteden aan het lezen van boeken of het luisteren naar, dan wel maken van muziek. Daarom is een machine die dit probleem voor je oplost wel zo handig, zodat je er geen omkijken meer naar hebt en je zaken netjes voor je geregeld worden.

Het heet de Tilted Twister. Eerst wordt de kubus segment voor segment gescand (wel even wat stickers vervangen: wit en geel lijken veel op elkaar, net als rood en oranje), daarna worden met behulp van de mechanische arm en de draaitafel de vlakken van de kubus uniform van kleur gemaakt. En dat alles binnen gemiddeld 6 minuten.

Ziehier.

"Is dit kunst?" Weet ik niet. De vraag: "Als het geen kunst is, wat is het dan wel?" kan ik alleen ook niet beantwoorden.

woensdag 2 december 2009

Duifje

Zomers
in het gras
om vier uur 's middags
en net als de wolken
nergens naar toe -

zo zou het zijn
om tegen je aan te liggen
met m'n neus in je hals
en de warme wind
van je vingers
die door m'n haar
streelt.

Homme Piest (1965 - 2000)

dinsdag 1 december 2009

Hilary and Jackie

In februari ga ik naar de legendarische pianist en dirigent Daniel Barenboim in het Concertgebouw en ter voorbereiding keek ik laatst deze film over zijn echtgenote: de wereldberoemde celliste Jacqueline du Pré. Over haar wist ik ook al niets - misschien is de geromantiseerde versie van een leven dan niet de beste manier om iets te weten te komen, maar de roman waar de film op was gebaseerd werd dan wel weer geschreven door haar zus, dus het kan erger. Met in de film een mooie rol voor Emily Watson (Bess uit Lars von Triers "Breaking the Waves"), die (sorry, maar) nu alweer zo'n raar wijf speelt.

Aan de jonge Jacqueline wordt in het begin van de film duidelijk gemaakt dat als ze bij haar uitstekend fluitspelende zus Hilary wil blijven, ze haar met haar spelen op de cello zal moeten bijhouden. De band blijkt zo sterk dat Jackie door haar oefendrift boven het niveau van haar zus uitstijgt en op het internationale podium belandt. Ze ontmoet Barenboim, maar voelt zich (althans volgens de verslagen van haar zus), om het effect van een zenuwinzinking te verzachten, gedwongen een affaire te beginnen met haar zwager (overigens gaf diens dochter een heel andere verklaring en was het juist de labiele zwager die Du Pré verleidde in plaats van andersom). De ellende begint echter pas werkelijk wanneer ze multiple sclerose ontwikkelt, Barenboim haar voor een betrekking als dirigent van de opera van Parijs en een andere vrouw in de steek laat, en ze ontdekt dat ze door haar ziekte langzaamaan geen muziek meer zal kunnen maken. Tsja, en bij de scène waarin ze dan werkelijk constateert dat ze dat nooit meer zal kunnen, kwamen - ook al was het half 11 's ochtends - er ook bij mij wel een paar tranen los.

Hier een historisch fragment waarin Du Pré met Barenboim haar beroemd geworden versie van Elgars celloconcert ten gehore brengt.