dinsdag 15 december 2009

Eilanden

In mijn boek met sprookjes stond een plaatje:
Jij en ik op 'n toren bij een strand.
Kom weer in de wind staan, en ik laat je
kijken langs mijn uitgestrekte hand.

Waar de golven naar de verte rollen
en verdampen, zie je in een waas
eilanden van zaligheid, als bolle
violette broden voor de Paas.

Want gevleugelde persoonlijkheden
hebben ze van extra lekker zand
met hun gouden vingers zitten kneden
en gebakken op de hemelrand.

Daar moet al het moois zijn dat we zoeken,
en daarheen vertrokken wij alras,
als het niet zo sneu van onze boeken,
onze hond en onze liefde was.

Vladimir Nabokov
Vertaling: Anne Stoffel