Wittgenstein (1887 - 1961) was een Oostenrijks pianist en een oudere broer van de filosoof Ludwig Wittgenstein. Zijn door zijn vader (een staalmagnaat) geplande carrière als bankier gaf hij op en hij besloot met muziek zijn brood te verdienen. Het moest echter zo zijn dat in de Eerste Wereldoorlog de kogel van een scherpschutter zijn rechterarm verbrijzelde, die tijdens zijn gevangenschap in een Russisch krijgsgevangenenkamp moest worden afgezet.
Waarom hij legendarisch werd was omdat hij zijn handicap niet zijn dromen in de weg liet staan. Hij ging op zoek naar mogelijkheden om ondanks het missen van een arm toch nog concerten te kunnen geven en maakte transcripties van bestaande werken voor 2 handen, daarbij geholpen door, onder andere, zijn leraar, overigens een blinde orgelvirtuoos. En aangezien hij uit een zeer welvarende familie kwam kon hij het zich permitteren opdrachten voor pianowerken te geven aan beroemde componisten. Zo benaderde hij onder andere Richard Strauss en Benjamin Britten. Hij bleef hoe dan ook kritisch: aangereikte pianoconcerten van Hindemith en Prokofiev heeft hij nooit gespeeld omdat ze hem niet aanspraken, en in het bekendste voor hem geschreven concert, van Ravel, heeft hij grof zitten strepen. Dit alles tot meerdere ergernis van de componisten - en terecht: dat doet maar, met 1 arm, met zulke goede muziek.