De fantastische Argentijnse schrijver Jorge Luis Borges had eerder deze gedachte in zijn korte verhaal 'De Bibliotheek van Babel'. Het universum van de verteller van dat verhaal en dat van zijn medemensen (de 'bibliothecarissen') is een reusachtige bibliotheek waarin elk boek evenveel pagina's, elke pagina evenveel regels en elke regel evenveel letters heeft (de komma, punt en de spatie zijn ook een letter). Aangezien een bibliothecaris op zeker moment tot het inzicht gekomen is dat door alle mogelijke combinaties te maken een exemplaar van elk denkbaar boek in de bibliotheek aanwezig is, gaat men naarstig op zoek naar de boeken waarin de Waarheid te vinden is. Nonsens is aan de orde van de dag - de meeste boeken zijn niets dan een letterbrij - en dus worden de boeken waarin wel iets van betekenis te vinden is (zoals blijkbaar een veelzeggend 'o tijd je piramides' op de eennalaatste bladzijde) gekoesterd. Weliswaar staat tegenover elk boek dat de waarheid verkondigt een astronomische hoeveelheid boeken die iets compleet anders beweren, maar er bestaan óók onvoorstelbaar veel varianten die van het waarheidsboek slechts een letter verschillen. En dus moet het ergens te vinden zijn: het boek met de geschiedenis en de verklaring voor alles. En ook het boek dat de catalogus van de bibliotheek vormt. En ook het boek waarin je toekomst tot in de kleinste details staat beschreven.
Briljant.