
Alle merkwaardigheden van het muzikale genie werden aan de dag gebracht: hij gaf nooit een hand, keek zijn gesprekspartners nooit recht in de ogen, leek wel honderd verschillende pillen te slikken (mooie opsomming tijdens het stuk), droeg onder alle omstandigheden warme kleren maar had als het even kon nooit zijn schoenen aan, voerde bijna al zijn concerten uit op steeds dezelfde, veel te lage, afgeragde stoel (bestaat nog steeds als museumstuk) en had een bloedhekel aan applaus - wat geïllustreerd werd door een oorverdovende geluidsmuur met wegkruipen van Gould onder de piano. Het geheel was rijkelijk voorzien van historische geluidsfragmenten over de pianist, met als introductie een woordje van Leonard Bernstein tot zijn publiek, over de solist die ze zouden gaan horen.
Het leek werkelijk een technisch hoogstandje: als het al zo is dat De Walle alles zelf op de vleugel speelde (en het was, moet ik zeggen, bijzonder moeilijk in te schatten of dat nou het geval was of niet) leek een en ander nog steeds bijzonder lastig te timen met platenspelers en (real-time?) opnames op bandrecorders. Bijzonder fraai resultaat in ieder geval - met name bij het einde, waarbij de bandrecorder direct na een opname van Bachs Goldbergvariaties-air losschiet en droog rondjes blijft draaien.
Tsja, ik heb altijd nogal een hekel gehad aan dat meeneurieën van Gould boven zijn spel, op bijna alle opnames die van hem gemaakt zijn (een gewoonte die hij van zijn moeder zou hebben meegekregen en hij nooit meer zou hebben afgeleerd). Maar misschien valt het in het niet als je er vertrouwd mee raakt. Zijn Goldbergvariaties moet ik binnenkort in ieder geval eindelijk maar eens zien te regelen.
